LCI(L) 191 maakt een proefvaart
in een haven
De Landing Craft, Infantry, kortweg LCI(L), was een aanvalsschip uit de
tweede aanvalslinie. Wanneer het strand veiliggesteld was door
de eerste golf van aanvalsboten, zoals LCVP's en LCA's moesten
zo snel mogelijk grotere aantallen versterkingen op het strand
gebracht worden. De LCI was daarvoor ontwikkeld. Het schip
vervoerde 150 tot 200 man die via aan de zijkant geplaatste
loopbruggen het vaartuig verlieten.
Zoek de verschillen: Hierboven de
vroege versie, hieronder vanaf #354
Vanaf de LCI(L) 351 tot aan de #1098 werden er aanpassingen op het landingsvaartuig aangebracht.
Het meest in het oog springende was de ronde brug (dit voorkasteel was daarvoor rechthoekig). Voor de
brug was een uitbouw aangebracht waarop twee 20mm kanonnen stonden. De twee 20mm kanonnen die op
het achterschip stonden bij de vorige versie, waren ook bij deze nieuwe aanpassingen op de verder
naar achteren verlengde opbouw geplaatst (waarbij de centraal gelegen 20mm nu was vervallen). Bij
de #351 tot en met de #353 was het 20mm kanon voor op de plecht vervallen, maar keerde bij de
opvolgende nummers weer terug.
Deze Canadese HMC LCI(L) is al aardig door het zeewater aangetast
(Let op de lage brug)
Tijdens de landingen op 6 juni 1944 (D-Day) op de stranden van Normandië had
de Eastern Task Force de beschikking over 116 LCI(L)'s en de Western TF had 93 LCI(L)'s
tot haar beschikking. De Canadese Royal Navy
beschikte bijvoorbeeld op D-Day over 30 LCI's in 10 flotille en deze
brachten 4600 man naar Normandië. De Canadese LCI(L) stonden bekend als de HMC LCI(L),
en waren verkregen via de Lend-Lease overeenkomst tussen de VS en de Britten. De Canadese
versie viel op door de ingekorte brug.
Voor de Amerikaanse sector Omaha Beach waren
33 LCI(L)'s beschikbaar, verdeeld over drie aanvalsgroepen. De Eerste Golf had
de beschikking over vijf stuks, de Tweede over 17 en de Derde over 11 LCI(L)'s.
Zeker vijf LCI(L)'s zouden op Omaha uitgeschakeld worden.
LCI's liggen op het strand, links
de oude versie (#87), rechts de verbeterde (#488)
De LCI was misschien niet het meest 'flitsende' aanvalsvaartuig tijdens
de landingen. Dit kwam voornamelijk door de aan de zijkant geplaatste loopbruggen.
Het zag er misschien niet al te heldhaftig uit, soldaten die moeizaam, soms met
fietsen beladen, struikelend deze schepen verlieten. Doordat het schip aan de
boeg de losklep ontbeerde was het niet mogelijk de boot uit te 'stormen'. Bij de laatste kleine honderd gebouwde LCI's werden trouwens boegdeuren aangebracht.
De Amerikaanse zeelieden van de LCI's gaven het de bijnaam 'Lousy Civilian Idea'. In de Amerikaanse
marine stond de LCI ook bekend als de 'Waterbug Navy', nadat een admiraal eens vanuit zijn slagschip
'neerkeek' op deze vaartuigen. Maar deze 'waterkevers' brachten wel binnen een korte tijd
onder vijandelijk vuur enorme aantallen manschappen naar het strand. Een andere bijnaam was
‘Lousy Crate Indeeds’. Bemanningsleden stonden bekend als ‘Elsie-Item’.
Een LCI met een DUKW
van de 1st Armored Division op de voorgrond
Niet alleen waren deze schepen ingericht tot het lossen van
manschappen. Ook dit type vaartuig werd, net als de LCT,
uitgevoerd in verschillende varianten. Er was een LCI
(Demolition) die duikers vervoerde om obstakels onder water en
op de invasiestranden te verwijderen. Een LCI (Gun) was
voorzien van 40mm en 20mm kanonnen en raketten voor nabije
vuursteun aan de landingstroepen. De LCI (R) was met raketten
uitgerust. Hiervan waren verschillende uitvoeringen
ontwikkeld, waaronder één die 600 raketten kon verschieten. De
LCI(M) was een speciale LCI die uitgerust was met mortieren.
LCI(G) 67 op het
drooggevallen strand van Okinawa na een tyfoon
De LCI werd op 10 werven gebouwd in Amerika en was voorzien van twee
opstellingen van vier General Motors 6051 series 71, 6 cilinder diesel
motoren (acht motoren in totaal). Deze brachten een kracht voort van 2300 pk
naar twee schroeven. De LCI was met zijn platte bodem niet ontworpen om grote
waterpartijen over te steken. Maar de oorlog besliste anders, er was altijd haast,
en de LCI voer op eigen kracht van Amerika naar Europa en Azië.
Met zijn 48 meter 'speelde' de LCI een zeewaardige schip en stak als zodanig ook het Engelse Kanaal over beladen met
infanterie. Het schip was een speelbal van de golven, en menig etensmaal van de
soldaten en bemanning werd gedoneerd aan Neptunus. Voor de manschappen die in de
ruimen beneden in het schip zaten was het sowieso een zeer onaangename ervaring.
Er waren vier ruimen benedendeks. Ieder ruim was slechts via één ingang, die ook
als uitgang dienst deed, te bereiken via een smal deurtje en een stijl trapje.
De ruimen waren krap bemeten in de ijzeren bak zonder patrijspoorten, en men zal
het gevoel 'als ratten in de val' vaak ervaren hebben,...
Dwarsdoorsnede van de LCI(L) met de indeling
De loopplanken die aan de voorplecht hingen om de LCI te kunnen verlaten,
bleken in de praktijk een zeer kwetsbaar geheel. Zeker als vijandelijk vuur de
loopplanken kapot schoten, of als de hele zaak vreselijk slingerde in de branding.
Bij een groot aantal (LCI 691 tot LCI 1098) werden de loopplanken afgeschaft, en aan de voorzijde werden
in de boeg dubbele deuren ingebouwd (een idee dat ook in gebruik was bij de Landing Ship Tank).
De loopplanken zijn vervallen, en de LCI
is van een boegdeur voorzien,...
Bij de meeste beschrijvingen van de LCI wordt de toevoeging (L)
gezet, om aan te geven dat het hier het type ‘Large’ betreft.
Zoals al eerder aangegeven waren er ook andere versies, zoals de
LCI(G), ‘Gun’, de LCI(M), ‘Mortar’ en de LCI(R), ‘Rocket’. Tevens
was er de versie LC(FF), het ‘Flotilla Flagship’. Maar als er een
‘Large’ versie was, dan zal er ook een ‘Smal’ versie zijn geweest.
Dit was een Brits ontworpen LCI, welke officieel bekend stond als
de Fairmile Type H landing craft, LCI(S). Het was geheel gebouwd
uit hout.
Onderstaande gegevens hebben betrekking op de LCI(L)
Scheepswerven |
Albina Engine Works,
Bethlehem-Hingham Shipyard,
Brown Shipbuilding,
Commercial Iron Works,
Consolidated Steel Corporation,
Defoe Shipbuilding Company,
Federal Shipbuilding and Drydock Company,
George Lawley & Sons,
New Jersey Shipbuilding,
New York Shipbuilding |
Lengte |
48.31 m |
Breedte |
7.09 m |
Waterverplaatsing |
234 long tons (238 t) standaard,
389 long tons (395 t) beladen |
Kiel diepte |
1.63 m (voor), 1.80 m (achter) |
Motoren |
4 x Detroit diesel 6051 quad-71,
(in twee gekoppelde blokken), 2 schroeven |
Vermogen |
1600 pk (1,193 kW) |
Snelheid
max. |
16 knopen (30 km/u) |
Actieradius |
7400 km bij 12 knopen (22 km/u) |
Bemanning |
3 officieren en 21 matrozen |
Manschappen |
180, latere versies 210 |
Bewapening |
4 × Oerlikon
20mm kanonnen (1 op plecht, 1 midscheeps, 2 achterop),
Latere versies (vanaf #354) 5 x Oerlikon 1 op plecht, 4 midscheeps |
Aantal
gebouwd |
923 |
In september 2019 leidde uw schrijver een grote groep Nederlanders en Belgen in een touringcar door Normandië. Ter voorbereiding van een lezing die ik gepland had te houden over Omaha Beach maakte ik enkele objecten ter illustratie. Naast een grote reliëfkaart van het gebied, werden er drie landingsboten op kleine schaal gebouwd, een LCVP, een LCA en een LCI(L) met een lengte van 40cm. Ik wilde de lezing vooral toespitsen op de inzet van de U.S. Navy tijdens D-Day, en dan met name hun grote rol op Omaha Beach.
Een simpel model van een LCI(L) ter illustratie bij een lezing gebruikt,...
Op de volgende pagina aandacht voor de inzet en drama's
van de LCI(L)'s op Omaha Beach KLIK HIERONDER OM AAN BOORD TE GAAN
|