CRASH STIRLING LK195,
NOVEMBER 1944

'MAY WE BE WORTHY OF THIS GREAT SACRIFICE'

Short Stirling Mk IV van No.190 Squadron

- 6 november 1944 -

In het duister van de late maandagavond 6 november 1944 dreunde Stirling Mk IV, LK195 over Noord-Holland. Behorende tot het No. 190 Squadron was het eerder die avond vertrokken om 20.45 uur lokale tijd, van RAF Great Dunmow. Het had als missie voor deze nacht het droppen van goederen voor het ondergrondse verzet in, waarschijnlijk, Friesland. Getuigen, van het verzet in West-Friesland, hoorden het toestel een enkele maal rondvliegen. De Stirling was duidelijke zoekende ter hoogte van Venhuizen, een dorp nabij Enkhuizen. Het vloog zo laag dat Freek Luider, een plaatselijke dorpssmid, beweerde het zwiepen van de propellers te hebben gehoord. Luider was op dat moment druk bezig spullen te verzamelen van een eerdere wapen dropping die over een groot gebied verspreid was door de wind. Hij had dus niet direct de tijd om op onderzoek te gaan. De volgende dag bezocht Luider de dijk nabij de hoek dat bekend staat als de Hondenhemel. Hier was de onfortuinlijke Stirling vlak voor de dijk, op zo'n 300 meter, in het IJsselmeer neergekomen. De Duitsers borgen vijf bemanningsleden en verwijderden enkele grote stukken van de bommenwerper. De vijf omgekomen bemanningsleden werden begraven in Enkhuizen.

De graven van Sergeant R.H.G. Nevard,
Flying Officer E.D. Hodgson en Flying Officer G.L. Towns in Enkhuizen
(Klik op de foto voor een vergroting)

DE BEMANNING:

Flying Officer E.D. Hodgson, piloot, Royal Canadian Air Force (begr. Enkhuizen)
Flying Off. E.J. Rusenstrom, navigator, Royal Canadian Air Force (begr. Enkhuizen)
Flying Officer G.L. Towns, bommenrichter, Royal Air Force (begr. Enkhuizen)
Warrant Officer W. King, radio/boordschutter, Royal Air Force (begr. Enkhuizen)
Sergeant R.H.G. Nevard, boordwerktuigkundige, Royal Air Force (begr. Enkhuizen)
Flying Officer H.E. Evans, staartschutter, Royal Air Force (begr. Bovenkarspel)

De graven van Flying Off. E.J. Rusenstrom en Warrant Officer W. King
(Tussen Rusenstrom en King ligt een onbekende vliegenier van de RAF
(Klik op de foto voor een vergroting)

In het voorjaar van 1946 werd door Freek Luider en Jan Sijm een poging ondernomen het gehele vliegtuig te bergen. In het achtereinde werd de staartschutter Flying Officer H.E. Evans teruggevonden. Deze werd ter aarde besteld op de begraafplaats van Bovenkarspel. De staart koepel heeft nog enige tijd, met de patroonbanden vol kogels er nog in, bij het huis van Luider gestaan. Containers met wapens en munitie werden tijdelijk opgeslagen in het nabijgelegen gemaal. Luider zelf hield als souvenir een revolver, maar leverde deze later in vanwege het steeds terugkerende registreren. Het schroot werd later verkocht aan een sloper welke 25 gulden opbracht, precies de kosten die Luider had gemaakt om een schipper te huren die de wrakstukken aan land bracht.

Het graf van Flying Officer H.E. Evans op de begraafplaats van Bovenkarspel

DE LADING: 14 of 15 containers met onder andere:

120 Stenguns (inclusief magazijnen)
620 lege magazijnen
54.150 stuks 9 mm munitie
256 handgranaten
4 Brenguns (inclusief 7.168 patronen)
2 Bazooka's (inclusief 28 raketten)
15 pistolen (inclusief 750 patronen)
140 blikjes cornedbeef
12 blikken margarine
10 blikken biscuits en chocolade

(Klik op het artikeltje van 3 mei 1991 voor een vergroting)

- DE BERGING -

Verzamelaars en sportduikers ontdekten restanten van het toestel de jaren die volgenden. Stenguns, pistolen en munitie die goed verpakt waren in het vet verdwenen in het criminele circuit. In 1990 werd door duikers nog steeds op het wrak gedoken en kwamen nog steeds delen en onderdelen van wapens en munitie naar boven. Er werd besloten in een gezamenlijke operatie door twee particuliere bedrijven, plus luchtmacht en marine de laatste restanten nu definitief te verwijderen.

Een brokstuk van Stirling LK195

De eerste delen werden op 24 april 1991 opgevist, en op 17 mei werd de zaak afgerond. In een half miljoen gulden (circa 200.000 Euro) kostende operatie werd wat aluminium geborgen alsmede enkele duizenden patronen, drie handgranaten, magazijnen, Brenguns en vijftien kilo springstof. De nog aanwezige containers bleken vernield en van de motoren werd geen spoor terug gevonden. Wel werden enkele oude kanonskogels, die enkele eeuwen daarvoor tijdens een slag op de Zuiderzee waren verschoten, geborgen.

Een detail van een brokstuk met identificatienummers
(Klik op het brokstuk voor een vergroting)

Freek Luider was een dag aanwezig tijdens de schoonmaak operatie in 1991. Hier sprak hij met de bergers over die donkere nacht in november 1944. De bergers waren van mening dat de Stirling de dijk had geraakt en vervolgens op het water gecrashed was. Maar Luider was van een andere mening, want ze hadden na de crash de dijk afgezocht op schade, want ook Luider en zijn kompanen dachten dat LK190 de dijk had geraakt. Maar ze hadden de dijk onderzocht maar nergens was enig spoor te vinden dat de bommenwerper de dijk geraakt had.

Was dit de aanvliegroute van Stirling LK195?

Na vertrek om 20.45 uur vanaf Great Dunmow, ploegde Stirling LK195 richting Nederland. Volgens het KNMI was het boven Nederland op 6 november 1944 bewolkt met buien, en was de temperatuur rond de 5 graden. De wind was vrij krachtig, rond de 5 Bft met uitschieters tot 6/7 Bft. Met een rugwindje ging het eerste deel zonder zorgen. Vanwege dat de Flieghorst Bergen sinds juni 1944 niet meer in gebruik was, is waarschijnlijk Stirling LK190 na vertrek van Great Dunmow rechtstreeks aangevlogen, tussen Castricum en Heiloo, richting Hoorn, en de 'oksel' van West-Friesland gebruikt voor de route richting Friesland. Hierbij kwam de bommenwerper over het dropveld 'Laloe' tussen Hem en Venhuizen. Het dropveld was eigendom van de boer Jan Rezelman, maar het lokale verzet maakte er gebruik van, waarbij Freek Luider de verantwoording droeg. De LK190 vloog het plots over de dijk IJsselmeer richting Enkhuizen. Vanwege de dreiging van luchtafweer boven land zal de piloot, Flying Officer E.D. Hodgson, gekozen hebben om over stuurboord een koerscorrectie te maken. Heeft hij toen de draai te lang doorgezet, het is een vraag die in nevelen gehuld is. Heeft de piloot de hoogte-meter niet in de gaten gehouden? Of was deze defect? Waarschijnlijk koerste het toestel teveel op een te noordelijke richting, en liet de piloot de vleugel over bakboord zakken om een bocht naar links in te zetten, waarbij de vleugel het wateroppervlakte raakte,... en crashte,...

Het monument in Venhuizen, enkele honderden meters van de crash-site
(klik op de foto voor het detail,...)

Onder aan de dijk van Venhuizen, niet ver van de crashplaats, staat een monument ter herinnering aan de omgekomen bemanning van LK190. Wat opvalt is dat er op het monument de datums '5 - 6 november 1944' staan, terwijl op de officiele 'vertrek papieren' van de bommenwerper 6 november staat (zie hieronder). Ook de grafstenen dragen de datum 6 november 1944.

7 november 1944, Stirling LK195 is als vermist opgegeven,...

In oktober 2021 kreeg ik een mail van Willem Mugge met het verzoek om gebruik te mogen maken van enkele foto’s die bij dit artikel staan. Willem was namelijk in het bezit van een telegram uit de oorlog van geheim agent Tobias 'Hans' Biallosterski, die wapendrops organiseerde in Noord-Holland. Biallosterski gaf in het telegram aan dat er een identificatie plaatje was gevonden met de naam van Sergeant R.H.G. Nevard, één van de vijf bemanningsleden van Stirling LK190,... 'Hans' Biallosterski was een agent van de SOE (Special Operations Executive). Hij had voor een dropping op 'Laloe' in december 1944 aan zijn vrouw verzocht, Eve, die ook bij de SOE werkzaam was, om kerstgeschenken bij de dropping te doen. Volgens de heer Th. Laan werd een groot pakket uitgeworpen dat uiteen sloeg op het bevroren weiland. Nieuwsgierige schapen kwamen op de kapot geslagen gin flessen, die als plassen op de bevroren grond lagen,... de schappen bleken verknocht te zijn op deze drank en al snel bleken de arme dieren door de alcohol beneveld te zijn en wankelden lazerus door de donkere nacht,... Biallosterski werd op 9 februari 1945 door de Grüne Polizei en de Landwacht bij Wognum gearresteerd en opgesloten in het Huis van Bewaring in Obdam. Bij een ontsnappingspoging werd hij neergeschoten. Vervolgens werd hij gewond overgebracht naar de gevangenis in Scheveningen, waar hij op 25 februari 1945 is gestorven.


DE GESCHIEDENIS VAN HET No 190 SQUADRON

Moto: ‘Ex Tenebris’ (Through Darkness)

No 190 Squadron wordt geformeerd op 24 oktober 1917 te Newmarket als een nacht-trainings onderdeel. Na de Eerste Wereldoorlog wordt het squadron in april 1919 opgeheven.

Op 1 maart 1943, wordt het 190ste weer heropgericht te Sullom Voe met Catalinas en vliegt anti-U-boot missies over de Atlantische Oceaan tot het wederom wordt opgeheven op 31 december 1943. Op 5 januari 1944 wordt het weer nieuw leven ingeblazen op Leicester East en uitgerust met de Stirling. Het vliegen begint in maart van dat jaar in het oefenen met het trekken van zweeftoestellen. Vanaf april 1944 worden er voorraden gedropt over Frankrijk. Op D-Day stuurt het squadron drieëntwintig Stirlings met paratroepers naar de springgebieden om diezelfde dag nog achttien zwevers te verslepen naar Normandië.

Wing Commander G.E. Harrison (links) vertelt over het slepen van Horsa zwevers
naar Landing Zone 'N' bij Nijmegen tijdens Operation 'Market-Garden'

Gedurende de eerste twee dagen van de luchtlandingen nabij Arnhem, in september 1944, maakt het 190 Squadron, ten behoeven van Operation Market-Garden, 46 vluchten, waaronder 6 zweefvliegtuig ‘voortrekkers’. Verder worden er 53 bevoorradingsvluchten gemaakt in zwaar afweervuur, in drie dagen verliest het squadron 11 toestellen. In maart 1945 slepen 30 Stirlings zweefvliegtuigen richting Rijn als de Geallieerden deze rivier over steken. In april wordt het 190ste ingezet als brandstof-vervoerder voor het leger, als deze droog dreigt te vallen. In de maand mei vervoert het squadron een leger eenheid naar Noorwegen om de daar gelegerde Duitse troepen te ontwapenen. In deze periode wordt de Stirling vervangen door de Halifax. Na een periode van algemene transport opdrachten wordt het 190 squadron op 21 januari 1946 omgenummerd naar 295 Squadron.

Voor meer over de Short Stirling
'KLIK HIERONDER'

Of klik hieronder om naar de homepage te gaan

GA TERUG