Voorwoord
In 1943, tijdens het gebruik van de M3
Stuart door de Britten in Afrika bleek het kanon te
licht om enige schade aan te richten. Er moest een zwaarder geschut
in de toekomstige opvolgende lichte tank komen. Er werd een proef
gedaan met een 75mm in een M8 Howitzer Motor Carriage op de plaats
van de houwitser. Onderzoek wees uit dat in de M5 versie het
mogelijk was een 75mm te plaatsen. Maar het ging ten koste van
opslagruimte die zeer beperkt was in de M5. Ook de dikte van de
bepantsering liet veel te wensen over. In april 1943 gaf het
Ordnance Department opdracht aan Cadillac (maker van de M5 serie) om
een geheel nieuwe lichte tank te ontwikkelen. Hier moesten alle
opgedane praktijkervaringen in verwerkt worden.
Tekening van het prototype T24
(nog zonder de hoge cupola met 'vision blocks')
Aangezien de dubbele Cadillac motoren en de transmissie succesvol bleken
in de M5 zou dit de basis aandrijving worden. Een ander uitgangspunt was
het gewicht, rond de 18 ton. Om het gewicht in de hand te houden werd de
bepantsering niet dikker dan 25 mm. De romp werd onder een scherpe hoek
gezet om meer afbuiging te creëren en waardoor de dikte van het pantser
ook toenam. De maximale dikte van de koepel was 37mm. Het bekende verticale
en horizontale veersysteem (VVSS en HVSS), dat bekend was van de M4 Sherman, en de M3 en M5 versies,
werd vervangen door een wielophanging
welke bestond uit torsiestaven met vijf grote loopwielen en drie kleine
terug-loopwielen (plus een aandrijfwiel voor, en achter een compensatiewiel).
Het was een simpel systeem en bleek veel veerkrachtiger om zware schokken
op te vangen. Het werd vervolgens, in latere door Amerika ontworpen
tanks, standaard gebruikt.
Tweede M24 van de productielijn, met de verhoogde
cupola voor de commandant
De eerste van twee prototypes werd geleverd in oktober 1943 met de aanduiding
T24. De eerste testen waren zo succesvol dat de Ornance Department er gelijk
1000 van bestelde. Cadillac produceerde de eerste T24’s in april 1944. In mei
1944 ging de T24 als de Light Tank M24 de inventaris in van het Amerikaanse leger.
Bij Massey-Harris liepen de eerste M24 tanks in juli 1944 van de band. Een
vervolgorder zou de productie totaal brengen naar 4731 van deze lichte tanks.
Een fraai gerestaureerde M24
in het (voormalige) Tank Museum in Normandië
De ‘Twin’ Cadillac Series 44T24 motoren, met elk 8 cilinders in
V-stelling produceerden 220 pk. Deze kracht gaf de M24 een snelheid
van ongeveer 50 km per uur(op de weg). Afgetankt had het een actieradius
van ongeveer 100 km. Er was een nieuwe versnellingsbak ontwikkeld waarin
een Hydramatic versnelling de chauffeur acht versnelling vooruit gaf, en
vier in zijn achteruit! De chauffeur en boegschutter/assistent chauffeur
zaten in de standaard opstelling, de chauffeur links, rechts de boegschutter
achter een .30 machinegeweer.
Deze M24 Chaffee te vinden in Sandfeld, in de Elzas, Frankrijk
Vanwege dat de koepel van deze lichte tank weinig ruimte bood was
het standaard 75mm kanon van de M4 Sherman niet geschikt. Er werd een
goed alternatief gevonden in het 75mm boordkanon dat speciaal voor de B-25G
Mitchell, 'Gunship' bommenwerper was ontwikkeld. Hiervoor stond
het veldkanon M4 aan de basis en waaruit de 75mm T13E1 ontwikkeld werd
en later als M6 werd aangeduid. Een kanon dat een concentrische terugslag
bevatte waardoor minder ruimte voor de terugslag vereist was. Dit systeem
hield in dat de kanonsloop in een eigen buis met hydraulische olie gevuld
terugsloeg op een veer. Hierdoor verviel het systeem van opvangcilinders
dat normaal aan de buitenzijde zat. De terugslagbuis van het kanon was vrij
lang, en de Ordnance Department kwam met een verkorte variant, de T33. Deze
combinatie van het 75mm M6 kanon met het T33 terugslag systeem werd opgehangen
in kanonpantser M64 vergezeld van een .30 kaliber machinegeweer. Het geheel
werd geplaatst in een nieuw ontworpen gelaste koepel. Het onderhoud van M6
kanon moest wel serieus gedaan worden. Een hydraulisch lek kon betekenen
dat de terugslag faalde en het complete kanon terug sloeg de koepel in,
soms bijna dwars door het achterpantser heen.
Een M24 tijdens de
productie bij Cadillac
Bekend als de 'Chaffee', die de Britten aan de M24 gaven uit
respect voor de US Army Major-General Adna R. Chafee, Jr. de eerste
commandant van de VS pantser troepen (hij stierf aan kanker in augustus
1941) zou de tank net op tijd komen om nog tegen het einde van de Tweede
Wereldoorlog haar nut te bewijzen. Eind 1944 begon de M24 de M5's op het
slagveld te vervangen, precies rond de tijd dat de ‘Slag om de Ardennen’
losbarstte. De komst van de nieuwe lichte tank ging niet ongemerkt, en
rapporten over de zwakke M5 series, schreeuwden om een snellere vervanging.
Maar men dacht een probleem te hebben met het verschepen van de benodigde
tanks. Maar de productie liep zo voorspoedig en ook de aanvoer naar Europa
was evenredig. Nog voor de oorlog ten einde liep waren de meeste
verkenningseenheden voorzien van de M24, en ook andere pantser divisies
zagen hun lichtere tanks vervangen worden voor de M24.
Nogmaals de M24 Chaffee van Sandfeld, in de Elzas, Frankrijk
Ondanks dat de M24 als kleine tank volwassenheid uitstraalde, was
het kanon ontoereikende om Duits pantser te slechten. Op 5 maart 1945,
oprukkende naar de Rijn nabij Fichlen, had een Duitse Jagdpanzer IV/7 met
75mm Pak 42 L/70 al drie M4 Shermans uitgeschakeld. Een peloton M24’s nam
het Duitse geschut onder vuur vanaf ongeveer 800 meter. Er werden 25 granaten
op af geschoten, maar iedere AP (Armoured Piercing) ketste af op de schuine
rompplaat van de Jagdpanzer IV/7. Maar de HE (High Explosive) granaat was
een hele grote verbetering ten opzichte van de 37mm HE van de M5 en M5A1,
en werd met veel succes tegen gebouwen, vrachtwagen, lichte bunkers en
vijandelijk personeel ingezet. Maar het meest was men te spreken over het
incasseringsvermogen. Antitanks wapens schoten soms een viel uit de
ophanging, maar dan kon de M24 zich meestal wel blijven voortbewegen
om op een veilige plek gerepareerd te worden.
Een Franse M24 Chaffee in
Vietnam
In het kader van de Lend-Lease werden 289 aan de Britten geleverd,
maar arriveerden te laat om actie te zien in de Tweede Wereldoorlog.
Twee M24’s werden geleverd aan het Russische Rode Leger. Ook andere
landen, waaronder Nederland, maakten na de oorlog ruimschoots gebruik
van de Chaffee. Deze populaire lichte tank werd ook graag gebruikt
door de filmwereld. De M24 maakte haar opwachting in verschillende
speelfilms uit de jaren zestig, waaronder 'Battle of the Bulge' en 'The Bridge at Remagen'.
Een M24 Chaffee in gebruik
bij het Nederlandse leger
De M24 zou nog vele jaren lang als de standaard lichte tank
in dienst blijven bij het Amerikaanse leger. In de Koreaanse oorlog
werd de tank veelvuldig ingezet. Uit de M24 ontstonden verschillende
voertuigen voor verschillende opdrachten, zoals de M37
houwitser (105mm).
Een andere variant dat gebruik maakte van de ontwikkeling die de M24 had
ingezet, was de M19 met het dubbele 40mm luchtafweergeschut. De M19 had
een langere uitgevoerd chassis van de M24, met vier terug-loopwielen, in
plaats van de drie bij de M24. De motor was van achterin naar direct
achter de chauffeur verplaatst. Hierdoor werd ruimte gemaakt om achterop
de dubbele 40mm M2 houder te plaatsen. Naast de chauffeur en assistent,
waren er vier man nodig om het geschut te bedienen, twee laders en twee
schutters. Ieder kanon kon 120 schoten per minuut afgegeven. Er waren
352 granaten aan boord, en eventueel kon het een aanhanger voorttrekken
waarin ook nog eens 320 40mm granaten opgeslagen konden worden.
De M19 (let op de twee
reserve kanonslopen boven op de romp)
In april 1945 begon de productie van de M19 bij de Cadillac Motor Car Division,
om in augustus, na de capitulatie van Japan, de productie te beëindigen
na 300 gebouwde M19’s. Zowel de M19 als de M37, kwamen te laat om nog
ingezet te worden in de Tweede Wereldoorlog.
De M24 werd doorontwikkeld naar de 25 ton
zware M41 'Walker Bulldog' welke uitgerust was met een 76.2mm kanon.
Een bewaard gebleven M24
in het tank museum van Saumur, Frankrijk
Tegenwoordig is de M24 Chaffee een veelgezochte tank door musea en verzamelaars.
Gerespecteerde tankmusea hebben altijd wel een exemplaar in hun inventaris.
Om er één aan te schaffen die geheel gerestaureerd is, dan ligt de prijs tussen de 300.000 en
400.000 dollar.
Een M24 getroffen door een
Molotov Cocktail
In 1977 (toen uw schrijver
diende bij het Garde Regiment Jagers) mocht ik 'Molotov Cocktails'
werpen op verschillende tanks, waaronder de M24 Chaffee. Hierboven en
hieronder foto's van deze 'opwindende' gebeurtenis.
GA TERUG
|