De Ludendorff Brücke bij Remagen,
Toen en Nu
Uit tactisch oogpunt
gebouwd
In 1916, ten tijde van de Eerste Wereldoorlog, werd begonnen met de
bouw van een brug over de Rijn nabij het stadje Remagen. Deze brug,
naar een ontwerp van Karl Wiener, moest niet alleen een
verbinding vormen tussen de westelijke en oostelijk oever,
maar was ook van strategisch belang. Voor de bouw van de brug werden
ook krijgsgevangen ingezet. Het was voor Duitsland
van belang om eventuele troepenbewegingen snel over de rivier
te kunnen zetten. Om de brug te verdedigen werden aan beide
zijden grote massieve torens geplaatst waarin zich geschut kon
verschuilen. Tussen de torens liep de brug met een totale
lengte van 320 meter, waarvan de boog 154 meter besloeg. In
1918 kwam de brug gereed en kreeg de naam Ludendorff, naar
generaal Erich Ludendorff. Door het midden liepen dubbele
spoorbanen met aan de zijkant ruimte voor een looppaden voor
voetgangers. Aan de oostzijde werd een tunnel gecreëerd door
het rotsmassief Erpeler Ley, met een lengte van 550 meter.
13 december 1918, Amerikaanse genie aan
de oostzijde van de brug
Om
de brug bij een eventuele terugtocht op te kunnen blazen
werden er speciale ruimtes aangebracht om springladingen in te
plaatsen. Maar deze werden niet gebruikt en zo viel de brug onbeschadigd in Amerikaanse handen.
Op 10 december 1918 stonden Amerikaanse genisten (engineers) voor
het eerst bij de brug. US 2nd Engineers waren twee dagen bezig om de brug begaanbaar
te maken, voor de eerste troepen er op 13 december overheen konden.
Enige tijd na de Eerste Wereldoorlog werden de ruimtes voor eventuele springstoffen vol
gegoten met beton door de Franse bezettingsmacht. (In 1938
werd er een alternatief bedacht in de vorm van 60 kistjes met
4 kilo aan springstof elk, geplaatst op de dragers van de
brug.)
De brug valt (weer) in
Amerikaanse handen
Op 4 september 1944 werd de Tactical Air Command belast met
de opdracht om 22 spoorbanen vanaf de Rijn te vernietigen. Op
19 oktober vielen 33 vliegtuigen de Ludendorff Brug aan en
rapporteerden deze als vernietigd. Maar op 9 november hadden
de Duitse genisten de brug alweer operationeel.
Een eenheid Duitse soldaten om de brug te verdedigen
Aan het einde van het Ardennen Offensief, op 29 december
1944, werden er nogmaals vier bommen op de brug geworpen om te
voorkomen dat er versterkingen via deze route zouden worden
aangevoerd. De schade was aanzienlijk en de brug hing in
principe alleen nog aan de boog. Het zou weken duren eer de
brug weer op de liggers zou rusten. Bombardementen in januari
en februari 1945 verzwakten de brug nog verder. De veerboot
was tegen die tijd ook tot zinken gebracht en de plaatselijke
bevolking maakte nu massaal gebruik van de brug. Er werd
besloten in maart om beplanking tussen de rails te leggen
zodat ook voertuigen over de brug konden rijden.
Een Duitse 2cm Flakvierling 38 bij
de Ludendorff Brücke houdt de wacht
Hitler persoonlijk had de order uit laten gaan dat bruggen
pas mochten worden opgeblazen als de vijand op minder dan 8
kilometer was. Verantwoordelijk voor deze taak bij de
Ludendorff Brug was Hauptmann Karl Friesenhahn. De verdediging
van de brug was in handen van Hauptmann Willie Bratge. De
totale 'troepenmacht' rond de Remagen bestond uit ongeveer 750
man, van herstellende soldaten uit het nabijgelegen lazaret,
tot zo'n 180 Hitler Jugend, zo'n 80 man Volksturm en 120
'vrijwilligers' uit het oosten en wat ongeregelde manschappen.
Een M26 Pershing tank van de 9th Armored Division
Op 7 maart 1945 kwam de waarnemende adjudant van generaal
Otto Hitzfeld, majoor Hans Scheller rond 11.00 uur aan bij de
brug om de situatie daar ter plekke in ogenschouw te nemen.
Zestien kilometer ten noorden, in de stad Meckenheim was
diezelfde ochtend A Company van de US 27th Armored Infantry
Battalion, van de American 9th Armored Division om 6 uur
vertrokken richting de Rijn. Met ondersteuning van A Company
van het 14th Tank Battalion, met hun nieuwe M26 Pershing tanks,
voorzien van 90mm geschut,
verplaatste de infanterie zich per Half-track. Nabij Fritzdorf lag
een wegblokkade, maar via een flank manoeuvre gaf de groep
Duitsers zich snel over.
Major Hans Scheller, 2nd Lt. Karl H. Timmermann en Brig-Gen.
William M. Hoge
Bij Oeverich werd een panzerfaust afgeschoten op de voorste Half-track. Hierop kwamen de
Pershings in actie en na een paar granaten gaf ook deze groep
Duitsers zich over. Het bataljon was om 11.00 uur halverwege
hun doel. In Niederich was een incident toen overgevende
Duitse troepen verzameld werden. Opeens begon een Duits
officier met zijn pistool te schieten, deze werd snel
uitgeschakeld door Amerikaans geweervuur. Leimersdorf was, op wapperende witte lakens
na, uitgestorven en de colonne
draaide naar Birresdorf voor een directe route naar Remagen.
Via het bos werd de heuvelrug ten westen van de Rijn
beklommen. Bovenaan gekomen kwam de compagnie commandant 2nd
Lieutenant Karl H. Timmermann voor het eerst oog in oog met de
Rijn en tot zijn grote verbazing,... een intacte brug!
De 47th Infantry Regiment, 9th Armoured Division trekt door
Remagen
Na een korte verkenning naar de voet van de heuvel werd
Lieutenant Timmermann's A Company naar het centrum van Remagen
gestuurd met C Company als ondersteuning vanuit het
noordwesten. Vanuit het zuidwesten zou B Company Remagen
binnentrekken. Er was nu haast geboden. Brigadier-General
William M. Hoge, Commanding General van Combat Command B van
het 9th Armored Division gaf opdracht direct de aanval in te zetten.
De brugs is intact!
Met hulp van het 90mm geschut van de M26 tanks stormden de
Amerikanen de stad binnen en rond drie uur die middag
bereikten de voorste troepen de brug. Hauptmann Friesenhahn
gaf opdracht de eerste lading tot ontploffing te brengen. Deze
sloeg een tien meter grote krater in de oprit van de brug. De
Amerikanen konden aan de overkant de Duitsers zien werken aan
de explosieven. Overal hing bedrading langs de brug.
Ondertussen kwamen Amerikaanse versterkingen vanuit de
richting Sinzig. Deze hadden vernomen van de plaatsteljke
bevolking dat de Ludendorff brug om vier uur die middag de
lucht in zou gaan. Dit onbevestigde gerucht maande
Brigadier-General Hoge aan tot snelle actie. Hij gaf de order
aan Colonel Engeman om de brug direct in te nemen. Deze
delegeerde de order weer aan Timmermann, die de vraag stelde
'Wat als de brug voor mijn ogen de lucht in gaat?' De Amerikaanse tanks
vuurden onderwijl op de tunnel, ook met rookgranaten. In de tunnel was Friesenhahn.
Deze vroeg aan Hauptmann Bratge om de opdracht van Major
Scheller op schrift te krijgen om de brug te laten springen. Het was 15.20
uur toen de schriftelijke order terug kwam.
Duidelijk is de schade na de explosie zichtbaar
In de overvolle tunnel vol Duitse soldaten en burgers
draaide Friesenhahn de sleutel, maar er gebeurde niets.
Tweemaal draaide hij nogmaals de sleutel rond, maar de zaak
weigerde de ontploffen. Er werd een vrijwilliger geroepen om
de 75 meter verder aangebrachte lont handmatig aan te steken.
Unteroffizier Faust begon zijn gevaarlijke tocht over de brug.
Overal om hem heen floten de kogels en ketsten af tegen de stalen brugdelen.
Hauptmann Friesenhahn had
weinig vertrouwen of slecht 300 kilo springstof van inferieure
kwaliteit wel voldoende zou zijn om de brug te verwoesten.
Faust wist de lont te ontsteken en tijdens zijn terugtocht
explodeerde de lading. De brug leek omhoog te komen en
verdween in de rook. Timmermann ging er van uit dat de
opdracht de brug intact in te nemen nu van de baan was. Maar
toen de rook optrok stond de brug nog op haar pilaren. Direct
gaf Timmermann de order om de brug op te stormen en in te
nemen. Sergeant Alex Drabik van het 3de peloton was de eerste Amerikaan
die de overkant van de Rijn bereikte. Het was iets voor 16.00
uur.
Sergeant Alexander Drabik, ontvangt het
Distinguished Service Cross op 5 april 1945 omdat hij als eerste de brug overkwam
Verschillende Duitse soldaten gaven zich over aan de eerste
120 Amerikaanse soldaten. Ondertussen ontsnapte Major Scheller
via de achterzijde van de tunnel om het falen van het laten
springen van de brug te rapporteren. Na verschillende
schotenwisselingen gaven de laatste Duitsers zich over rond
half zes die middag.
De ingang van de tunnel waar het
laatste verzet werd gebroken
(klik op de foto voor het bericht dat de brug intact in Amerikaanse handen is)
Amerikaanse genisten werkten hard om de
krater aan de westzijde te dichten en controleerden de brug op
schade. Rond middernacht werd de tank van sergeant William
Goodson aangewezen om als eerste de Ludendorff brug over te
steken. Nadat de eerste acht tanks aan de overzijde waren
geariveerd, werden er M10 tank destroyers over heen gedirigeerd. Eén van
de M10's kwam vast te zitten op de brug en deze was pas los
getrokken om half zes in de ochtend. Er was nu ruimte om het
eerste bataljon infanterie van het 310th Regiment van de 78th
Division over de brug te sturen. Binnen 24 uur was er een
bruggenhoofd van 8000 man en binnen een week 25.000 man.
De tunnel vandaag de dag
De genie vreesde voor de brug die, vooral aan de rechterzijde, de oostkant,
zwaar te lijden had gehad en er
mochten alleen voertuigen over de linkerzijde naar de
overkant. De mannen probeerden uit alle macht de brug te versterken, door extra staal aan te brengen.
Om de druk van de brug te halen werd op 9 maart
begonnen met een pontonbrug door het 291st Engineer Combat
Battalion onder commando van Col. David E. Pergrin (Het 291st
ECB was ook verantwoordelijk voor het stoppen van de opmars
van Kampfgruppe Peiper) tijdens het Ardennen Offensief.
Engineers druk bezig de brug te verstevigen (links het 'looppad')
(Klik voor een vergroting op de foto)
Deze eerste pontonbrug werd op enkele honderden meters stroomafwaarts van de Ludendorff brug aangelegd. Deze pontonbrug was een zogenaamde 'Class 40 M-2 treadway pontoon bridge'. De genietroepen die verantwoordelijk waren voor de bouw, was de 291st Engineer Combat Battalion in samenwerking met de 988th en 998th Engineer Treadway Companies. De aanleg was een hachelijke onderneming,
want de bouwers lagen constant onder Duits vuur. Tijdens een zware aanval werden 17 genisten gedood en
werden 19 pontons verwoest. Maar op 11 maart was de 315 meter lange brug gereed en konden de eerste voertuigen de oversteek maken.
Een soldaat van de militaire politie dirigeert verkeer over de 'Rozich, Blackburn, Tompkins Bridge'
Ook was op 10 maart de 51st Engineer Combat Battalion in samenwerking met de 181st en 552nd Engineer Heavy Pontoon Battalions begonnen aan een Class 24 heavy pontonbrug, een kleine kilometer ten zuiden van Remagen. Ook deze had zwaar
te lijden onder de Duitse aanvallen, niet alleen vanaf de grond, ook luchtaanvallen werden uitgevoerd. Hierbij
kwamen zeker drie engineers om en raakten een veelvoud gewond. Ondanks constant artillerie vuur van de Duitsers
die 600 granaten rond deze brug schoten was de pontonbrug op 11 maart klaar voor gebruik. De brug was gebouwd in 27 uur, een record voor zo'n lange brug. De pontonbrug verbond Kripp op de westelijke oever met Linz op de oostelijke oever. Iedere twee minuten kwam er een voertuig aan de overzijde. Deze brug zou
de naam 'Rozich, Blackburn, Tompkins Bridge' krijgen, naar de drie mannen die omkwamen tijdens de constructie, waaronder de commandant van 552nd Battalion, Major William F. Tompkins Jr.
De brug in handen van de Amerikanen
De Duitsers gaven de brug niet zomaar op. In de nacht van 7
maart probeerde een groep genisten beladen met explosieven
zich een weg op te vechten de brug op. Maar de Amerikanen wist
deze groep te overmeesteren. 8 Maart verschenen 10 Junkers Ju-87
die een bombardement uitvoerden. Acht van de Stuka's werden
neergeschoten. Tussen 10 en 11 maart werd de eerste complete divisie, de 99th Infantry Division,
via de brug naar de overkant van de Rijn gebracht.
Een herinneringsplaquette voor de 99th Infantry Divsion
Het luchtafweer werd versterkt en op 15 maart
werden tijdens een bombardement, door 22 vliegtuigen, 16
vernietigd. In totaal zouden 367 Duitse toestellen een aanval
wagen binnen de eerste negen dagen, hiervan werden er 106
vernietigd. Er werd een 540 mm Mortier 'Karl' Gerat 041 ingezet, die de brug niet raakte maar wel de constructie verder verzwakte. Ook een aanval van elf V2's, gelanceerd door de SS Werfer Abteilung 500 vanuit de omgeving van Hellendoorn in Nederland, op 17 maart veroorzaakte geen directe treffers. De eerste V2 kwam het dichtste bij het doel, op zo'n
op 700 meter afstand van de brug. Vlak voor de inslag viel de V2 uiteen, waarbij delen bij een boerderij vielen, waar een twaalftal Amerikaanse soldaten waren ondergebracht. Bij de klap zouden drie Amerikanen omkomen. De vierde V2 zorgde voor grote schade in het 7km van de brug gelegen Nierendorf. In Oedingen kwam de vijfde V2 terecht, waarbij zes mensen omkwamen en verscheidene inwoners en Amerikaanse soldaten gewond raakten. Kwamen de meeste V2's redelijk in de buurt, de V2 die het verste van zijn doelwit neerkwam, was nabij Keulen, op 40 kilometer afstand van de Ludendorff brug.
Na de mislukte aanval door V2 raketten, werd op 17 maart de Kriegsmarine ingezet. Zes duikers
gingen het water in stroomopwaarts en lieten zich afzakken via
olievaten. Zoeklichten op de Amerikaanse tanks schenen hun
lichten op de duikers die één voor één werden opgepakt of
afgeschoten. Het was überhaupt een vergeefse poging. Diezelfde
dag, de 17de maart 1945 om 15.00 uur, toen 200
genisten op de brug aan het werk waren, klapte de hele stalen
constructie van de brug in elkaar. Zeven mannen kwamen
om het leven en drieentwintig lichamen werden vermist en nooit terug gevonden,
later stierven nog drie mannen aan hun verwondingen.
De brug heeft het begeven, Toen en
Nu.
Al vrij snel na het instorten van de Ludendorff brug werd begonnen aan nieuwe extra pontonbrug op zo'n 200 meter afstand van de trieste resten van de brug. Deze 383 meter lange brug was gereed op 20 maart gereed. De langste tactische pontonbrug
aangelegd tijdens de oorlog in Europa, met een lengte van 420 meter, welke Niederbreisig en Bad Hönningen verbond, werd op zo'n 9km stroomopwaarts van de Ludendorff brug gebouwd. Deze kreeg later de naam 'Victor Bridge'.
De langste tactische pontonbrug lag bij Remagen
Niet alleen werden pontonbruggen ingezet om militairen en
materieel over te brengen, er waren een aantal LCVP's naar de rivier gebracht, en deze landingsvaartuigen konden
per keer minstens 30 soldaten overzetten, veel sneller dan de GI's lopende over de bruggen konden afleggen.
Op 23 maart hadden de alleen al de LCVP's 13,800 man overgezet en ook 406 voertuigen, waarvan de meeste Jeeps.
Een LCVP vaart richting de ingestorte brug
Hitler was razend op het falen van zijn troepen en ontsloeg
Von Rundstedt. Major Scheller kreeg tijdens een krijgsraad de
doodstraf. Hij werd op 14 maart 1944 op 31 jarige leeftijd geëxecuteerd.
Ook Hauptmann Bratge werd ter dood veroordeeld,
maar die was, gelukkig voor hem, krijgsgevangene van de
Amerikanen, net als Friesenhahn. Hauptmann Friesenhahn hoorde
later dat hij vrijgesproken was.
Op 23 juni 1945 werd begonnen met het opruimen van de
stalen obstakels van de brug. In 1948 werden de laatste stalen
brugdelen uit de Rijn verwijderd. Vanwege het gevaar voor het scheepvaartverkeer werden uiteindelijk
ook de steunpilaren in de rivier opgeruimd.
Second Lieutenant Karl H. Timmermann, geboren op 19 juni 1922, ontving voor zijn tomeloze inzet om de brug
intact in handen te krijgen, het Distinguished Sevice Cross (DSC). Timmerman keerde in 1948 terug
in het leger en vocht in Korea. Op 21 okober 1951 overleed hij op 29 jarige leeftijd aan kanker.
De oostelijke oever, ook hier is een plaquette geplaatst
Het
Museum
In 1978 besloot de burgemeester van Remagen, Hans Peter
Kürten, dat een museum gewijd aan de beruchte brug op zijn
plaats was. Door de verkoop van stukjes originele steen van de
pieren werd er voldoende geld ingezameld om dit doel te
verwezenlijken. Binnen afzienbare tijd werd 120.000 DM
binnengehaald (± 60.000 €)
Uw auteur met achter zich de
westelijke torens en het museum (2006)
Op 7 maart 1980, op de 35ste herdenking van de inname van
de brug werd het Vredes Museum geopend in de twee westelijke
overgebleven torens. De tentoonstelling bestaat voornamelijk
uit veel foto's, een paar korte filmpjes, en een enkel
origineel onderdeel van de brug, verder aandacht voor de
zinloosheid van oorlog. Entree bedraagd € 3.50. Er zijn
tegenwoordig nog steeds steentjes gegoten in hars met
certificaat van echtheid te koop voor € 30.
Oorlogschade is nog steeds zichbaar op de trap naar de tunnel
Aan de overzijde
is nog steeds de tunnel te zien maar deze is niet toegankelijk, hij
is dichtgemetseld. Via een traliedeur kan men een blik in de tunnel werpen.
De twee pieren die nog decennia in de Rijn
stonden zijn nu ook verdwenen, maar de andere restanten zijn
indrukwekkend genoeg om tot de verbeelding te spreken.
Klik hieronder om naar naar de
speelfilm 'The Bridge at Remagen' te gaan.
|