A. Dead Man's Corner, B.
Kerkje Angoville-au-Plain, C. HQ General Taylor (101st AB),
D. 1ste Verbandpost, E.
Mon. Gen. Pratt, F. Brécourt Manor, G.
Mon. Lt. Dick Winters H. Utah Beach Museum,
I. Leclerc Monument, J. Mon. Iron Mike
Saint-Côme-du-Mont
Om de route naar Carentan veilig te stellen vanaf Sainte-Marie-du-Mont, was het noodzakelijk om het stadje
Saint-Côme-du-Mont, gelegen op de rechterflank van de D 913, in handen te krijgen. Ter hoogte van het kruispunt
dat nu bekend staat als ‘Dead Man's Corner’ maakt de D 913 een aansluiting naar het noorden, de D 270, naar het
enkele honderden meters verder gelegen Saint-Côme-du-Mont.
De kerk van Saint-Côme-du-Mont en T/4 Joseph ‘Jumping Joe’ Beyrle
In de nacht van 6 juni sprongen ook hier para’s van de 101st Airborne Division. Net als de beroemde ‘landing’
op de kerktoren van Ste-Mère-Église door de 82nd para’s Steel en Russell, zo landde ook hier een paratrooper op de kerk.
T/4 Joseph ‘Jumping Joe’ Beyrle, I-Company, 506th PIR, 101st Airborne Division sprong op een hoogte van ongeveer
120 meter uit de C-47. Van deze lage hoogte was het onmogelijk om de parachute te sturen, en Beyrle kwam op de
kerk terecht, terwijl machinegeweervuur vanaf de kerktoren hem om de oren vloog. Even verderop stond een boerderij
in brand en gelukkig voor Beyrle verlegde de machinegeweer zijn vuur die kant op.
Toen Beyrle weer op de grond stond, besloot hij westwaarts te gaan, de route vanwaar de vliegtuigen waren
aangevlogen, in de hoop kameraden van zijn stick te vinden. In de volgende uren opende hij in zijn eentje de
aanval met handgranaten op een groepje Duitsers die in de buurt van een generator zich ophielden. Hij wachtte
het resultaat niet af en kroop weg onder een heg door,… in de handen van Duitsers welke in een mitrailleurnest zaten.
De Duitse
paratroepers van 6. Fallschirmjäger Rgt. namen Beyrle gevangen. Deze deed alsof hij een zware rugblessure had,
en werd overgebracht naar een eerstehulppost nabij de kerk. Hier werd hij verzorgd door de 101st Division
bataljons dokter Stanley Morgan, welke ook gevangen was genomen door de Duitsers. Na een ontsnappingspoging
werd Beyrle overgebracht naar een Duits hoofdkwartier ten zuiden van Saint-Côme-du-Mont.
De kerktoren eruit geschoten door scheepsgeshut
In de ochtend van 6 juni werd het de Duitsers in het hoofdkwartier van de 6. Fallschirmjäger Rgt. te Periers,
duidelijk dat er Amerikaanse parachutisten waren geland in de Cotentin. Het hoofdkwartier werd naar het noorden
verplaatst, naar Saint-Côme-du-Mont. In de middag kwam de commandant van het 6 Fallschirmjäger Rgt., Friedrich
August Freiherr von der Heydte, polshoogte nemen, nog steeds niet bewust van de landingen die op dat moment in
volle gang waren op Utah Beach. Toen Von der Heydte de kerktoren beklom en richting de zee keek, realiseerde hij
zich gelijk dat de invasie begonnen was. Terwijl hij vol ontzag naar de enorme vloot voor de kust keek door zijn
verrekijker, kwamen de eerste zware granaten van de oorlogsbodems zijn kant uit. De aarde schudde door de explosies
en Von der Heydte verliet snel zijn uitkijkpost die kort daarop een voltreffer kreeg.
Achter de kerk van Saint-Côme-du-Mont, Toen & Nu,
Amerikaanse militairen met een Duitse 'Panzerschreck'
Angoville-au-Plain
Een dorpje waar men meestal aan voorbij rijdt is Angoville-au-Plain. Het ligt tussen St-Côme-du-Mont en
Vierville, richting Ste-Marie-du-Mont aan de D 913. Het is een dorpje van niks met als middelpunt een klein
kerkje. Maar het lag in DZ-D, de meest zuidelijk drop-zone van de 1st en 2nd Battalion, 501st PIR. van de 101st
Airborne Division. De eerste 48 uur na de sprong waren hier zware gevechten tussen de paratroopers en de Duitse
Fallschirmjäger.
Het kerkje van Angoville-au-Plain aan het Place Toccoa,
(op de voorgrond het monument voor Wright en Moore)
In de 2nd Battalion waren twee medics, Robert E. Wright en Kenneth J. Moore die de kerk gebruikten
als eerstehulppost. Dagenlang vochten ze om soldaten en burgers in leven te houden. Toch zouden minstens drie
paratroopers sterven in de kerk. Op één van de achterste banken is nog steeds het hout doordrongen van bloed te vinden,… een
vlek die blijft herinneren dat kostbaar leven hier verloren ging. De gevechten rond dit punt gingen op en neer.
Op een gegeven moment kwamen zelfs enkele Duitsers de kerk in, maar verlieten deze na een snelle check. Wright en Moore
hadden bepaalt dat iedereen in de kerk welkom was zolang ze hun wapens maar buiten lieten. De kerk, één van de oudste
in deze omgeving, werd zwaar beschadigd in de strijd en alle middeleeuwse ramen waren gesneuveld. Pas in 2004 werd
genoeg geld ingezameld om de kerk te restaureren. Twee glas-in-lood ramen zijn opgedragen aan de paratroopers waarvan
één speciaal aan de medics Wright en Moore.
Robert E. Wright en Kenneth J. Moore flankeren één van de twee
glas-in-lood ramen
Naar Ste-Marie-du-Mont
Keer terug naar de D 913 en ga hier rechtsaf naar Vierville, en ga hier linksaf naar Hiesville, de D 329 op.
Rijdende over de smalle kronkelende weggetjes langs door bomen en struiken omsloten weilanden, kunt u zich wellicht
een voorstelling maken onder welke omstandigheden de parachutisten in het donker zich probeerden
te oriënteren en eigen troepen te vinden en daarvan een gevechtseenheid van te maken.
Het eerste hoofdkwartier voor Major-General Maxwell Taylor bij Hiesville
Vlak voor het kruispunt in Hiesville ziet u rechts het boerenbedrijf waar
Major-General Maxwell Taylor, commandant van de 101st Airborne Division, een week doorbracht
(nummer 'C' op bovenstaande kaart).
Er is een plaquette ter herinnering naast de ingang aangebracht. In de nabijheid is het eerste noodhospitaal te vinden
dat op 6 juni 1944 in bedrijf kwam. Ga hiervoor rechtsaf op het kruispunt van Hiesville, de Route des Goueyes op.
Na een linker- en rechterbocht bereikt u na tweehonderd het monument dat herinnert aan de verbandpost die gevestigd was
in Château de Colombières (nummer 'D' op bovenstaande kaart).
Links: Château de Colombières
na het bombardement (klik op de foto voor 'NU').
Rechts, het kasteeltje als verbandpost in bedrijf (het grote rode
kruis is nog net zichtbaar)
Er werd door de 326th Airborne Medical Company, onder
commando van Capt. Van Gorder, een enorm groot doek met een rood kruis, die bijna de gehele binnenplaats bedekte,
neergelegd. In de nacht van 9 op 10 juni 1944 werd het kasteeltje door de Duitsers toch gebombardeerd.
Het kasteeltje met de bijgebouwen werden verwoest en pas in 1994 werd de zaak herbouwd, waarbij
het karaktervolle kasteeltje uit 1597 niet terugkeerde, maar een grote boerderij werd, alleen het grote opslag gebouw werd in de
oorspronkelijke staat hersteld. Deze grote boerenplaats is op privé terrein, dus betreden op eigen risico.
Monumenten
voor Château de Colombières en General Don Pratt
(klik op de foto's voor een vergroting)
Keer terug naar Hiesville en ga rechtsaf de Route de L'Église op. Na 700 meter gaat u linksaf D 129 op (richting
Saint-Côme-du-Mont). Na vierhonderd meter komt u bij het monument voor General Pratt, de eerste gesneuvelde
generaal op 6 juni, 1944 (nummer 'E' op bovenstaande kaart). Vlak voor vertrek naar Normandië werd de door
ziekte uitgeschakelde General Lee vervangen door Brigadier-General Don Pratt. Pratt vloog naar Normandië
in een WACO zwever genaamd 'The Fighting Falcon'. Tijdens de landing rond 04.00 uur gaat het mis als
de piloot Lt.Col. Murphy de Waco niet onder controle kan houden over het natte gras. De zwever klapt in een
bomenrij waarbij de General Pratt, die in een Jeep achterin de zwever zit, zijn nek breekt. Ook de co-piloot
Lt. Butler wordt gedood als deze gespietst wordt door een binnendringende tak. Lieutenant May, die achterin de Jeep zat,
kwam met de schrik vrij.
Rij 500 meter verder en ga linksaf weer terug naar Hiesville en vandaar weer naar Vierville over de D 329.
Op het kruispunt in Vierville, linksaf naar Ste-Marie-du-Mont, over de D 913. Zodra u Ste-Marie-du-Mont binnenrijdt, ziet u aan de rechterkant een groot monument ter ere van het Franse Normandische verzet.
Het monument voor de Franse ondergrondse in Ste-Marie-du-Mont
Het monument werd op 5 juni 2021 onthuld. Op het bord wat uitleg geeft over het monument staat dat het voor het 'Normandy French Resistance' is opgericht. De officiele naam voor het Franse verzet, de IFF (Forces françaises de l'intérieur) wordt niet genoemd. Maar als men goed kijkt, dan is het wel aangebracht op de verzetstrijder, met stengun, zijn armband. Het geld voor het monument werd bijeengebracht door de New Yorkse liefdadigheidsorganisatie 'Operation Democracy' gevestigd in Locust Valley, op initiatief van Joseph Ivanov, een kapitein bij de US Special Forces. Verder waren er verschillende donaties van families die daarmee anderen leden van de familie eren die in de oorlog gediend hadden. Het figuur met de stengun staat voor het gewapende verzet, de vrouw achter het morse apparaat voor het ondergrondse werk en de jongen met de duif voor de geheime verbindingen.
In het halve hoefijzer zijn symbolische parachuteschermen te zien waarop de 93 Amerikaanse OSS Jedburgh teams die in Frankrijk werden gedropt worden geëerd. De OSS (Office of Strategic Services) werkte samen met de Britse British Special Operations Executive (SOE) en het Franse Bureau Central de Renseignements et d’Action (BCRA) onder de noemer Project ‘Jedburgh’. Jedburgh teams werd pas vanaf de nacht 5 op 6 juni 1944 ingezet. Een team bestond ideaal uit één Amerikaan, één Brit en een Fransman, maar variaties vonden ook plaats. Samen met lokaal verzet werden sabotage taken uitgevoerd om de Duitsers te vertragen. Na drie maanden waren de Geallieerden verder dan de Jedburgh teams en werd het project beëindigd.
De kerk van Ste-Marie-du-Mont, Toen en Nu, links met een excuus van General
Taylor voor de oorlogschade
Ste-Marie-du-Mont was het belangrijke knoopunt voor de 101st Airborne Division en de aansluiting via 'EXIT 2' met de landende grondtroepen van de 4th Infantry Division. De 101st Airborne Division bestond uit 8451 man maar ze sprongen zover uiteen dat van een geconsolideerde troepenmacht geen sprake was. In kleine groepjes werd hier met de Duitsers gevochten. In deze omgeving vocht het 506th van de 101st Airborne
Division, later bekend geworden door de tv-serie Band of Brothers.
Ste-Marie-du-Mont, Toen en Nu
In Ste-Marie-du-Mont is de kerk na de oorlog van
nieuw glas in lood voorzien en de toren gerestaureerd. Verder
is het plaatsje nog net zo als 60 jaar geleden. Op veel huizen en gebouwen hangt
een plaquette met informatie wat het gebouw deed tijdens de Duitse bezetting en de invasie. Nabij de kerk
is een klein museum is een 'dump-winkel' (La Boutique du Holdy) met veel
authentiek materiaal uit de maand juni 1944 (openingstijden wisselen,
maar eind van de middag meestal open). Ook achter de kerk is een winkel met authentiek
materieel, maar erg prijzig.
Verlaat Ste-Marie-du-Mont en vervolg uw route richting de kust,
UTAH Beach (D 913). Een kilometer na het verlaten van Ste-Marie-du-Mont gaat u linksaf de D 14. Na 500 meter
ziet u de toegang tot een smalle weg met op de hoek een opvallend monument (nummer 'F' op de kaart).
Aan de D 14, het monument om de actie bij Brécourt Manor te herdenken
Een indrukwekkende episode in de TV-serie, Band of Brothers, uit deel 2, 'Day of Days',
speelde zich hier af. Lt. Dick Winters
kreeg hier de opdracht om vier kanonnen die vanuit een weiland bij Brécourt Manor Utah Beach beschoot, uit te
schakelen. Sinds 2008 wordt dit feit herdacht met een monument. Het monument is mede tot stand gekomen
door steun van de familie De Vallavieille (van Brécourt Manor), Marco Kilian, Marion van Hellmond,
Frank Slegers, Ralph Ligtvoet en alles in samenwerking met de Steenhouwerij Rijtink (allen uit Nederland).
In het weiland tegenover Brécourt Manor werd geschiedenis geschreven
Opvallend detail aan het monument is de geëtste kaart die Dick Winters na de oorlog maakte die
de situatie toont op 6 juni, 1944. Wellicht herkent u de vormgeving van het monument, een zelfde type is te vinden
aan de bosrand van Le Bois Jacques, nabij Bastogne, België.
nabij Foy België.
U kunt nu het smalle weggetje nemen richting Brécourt Manor. Tegenover Brécourt Manor
is het weiland waar de Duitse kanonnen ooit stonden. Dit is privé terrein en mag niet zomaar
bewandeld worden.
Voor het hele verhaal en meer over de 101st Airborne Division, klik hier
Keer terug naar de D 913 via de D 14 en ga links af de D 913 op.
Deze weg stond bij de Geallieerden bekend als 'EXIT 2'
('EXIT 1’ lag bij Pouppeville).
Op 6 juni 2012 werd wederom een nieuw monument onthuld. Ditmaal een standbeeld van Lt. Richard Winters
welke verder is opgedragen aan alle troepen die als eerste aan land kwamen in Normandië (nummer 'G' op de kaart).
Het standbeeld staat aan de D 913, twee kilometer buiten Ste-Marie-du-Mont richting UTAH Beach.
Het standbeeld, ook wel het 'Richard D. Winters Leadership Monument' genoemd draagt op de sokkel
de uitspraak van Winters: 'Wars do not make men great, but they bring out the greatness in good men'.
Op de volgende pagina gaat de tour verder naar UTAH Beach en het noorden,
naar de Batterij van Crisbecq en Azeville en verder richting Ste-Mère-Église.
Klik op onderstaande foto
van het monument voor Lt. Richard Winters en de eerste Geallieerde troepen die op 6 juni 1944
in Normandië landden.
GA TERUG
|